Het stille kerkje op de terp van Jannum heeft door de eeuwen heen heel
wat bezoekers zien komen en gaan. Miljoenen indrukken, beelden en
geheimen zijn verdwenen in de plooien van de tijd. Onderonsjes van de
schiere monniken die het land bewerkten. Gebeden en bezweringen van
geplaagde
dorpelingen. Het handelen van rijke kooplui uit Rinsumageest. Als de
muren oren en ogen hadden gehad ...
Moord in Jannum (1778)
Een waargebeurd verhaal is dat van
rechter Heerke Heerkes uit Jannum,
die in 1778 door boer Wybren Wybrens uit Oosterbeintum aan de riek
geregen werd en aldus het leven liet. De gebeurtenis is uitgebreid
aangehaald in het boek Dorpen bij het Wad en in de Vlieterpen (helaas
niet meer in druk) van Johannes van Dijk. Maar waar Heerke Heerkes
woonde en wat de precieze toedracht van de slachting was, daarover
valt alleen maar te gissen. Dat heeft Yvonne van Osch,
bewoonster van
de terp en maakster van deze site, dan ook maar gedaan. Zie hier
het verhaal
dat zij schreef ter gelegenheid van de opening van Leeuwarden culturele
hoofdstad in 2018.
Tekeningen
van
Jannum's kerk en terp, gemaakt door Albert Martin in de 19de eeuw
In de oorlog
Een oude dame die in Jannum had gewoond vertelde dat in de
oorlog (dus mogelijk in de jaren van
de
restauratie) een Engelse parachutist in de kerk ondergedoken
was. Hij lag in een baar die op de hanebalken steunde en
kwam elke
dag even naar beneden langs een ladder die tegen het talud in de
bosjes verborgen was. In een holte van de muur waren wapens
verstopt, vertelde dezelfde
dame. Zij had deze als meisje getransporteerd achter op haar fiets,
onder in een mand met gras. Voor haar konijn, zou ze zeggen als
de Duitsers haar aan zouden houden.
Het
interieur van
Jannum's kerk voor de oorlog
Jannum's
kerk
tijdens de restauratie van 1943-1948. De foto komt net als de foto
erboven uit
het archief van de Rijksuniversiteit Groningen.
De worm heeft rode haren
Waar de wapens vandaan kwamen? Op de site Historische paden
staat het
verhaal
van Piet Veeninga, die woonde op een boerderij in Aalsum. De
boerderij
werd destijds de rimboe genoemd, en nu Droppingahiem. Niet zomaar: de
Engelsen hadden het land rond de boerderij uitgekozen om wapendroppings
uit te voeren. ‘Als we de slagzin: "De worm heeft rode
haren", 's middags half twee voor de radio hoorden wisten we dat er 's
avonds bij ons een dropping kwam,’ vertelt Veeninga. Het
vliegtuig kwam aanvliegen over de wadden, heel laag om
luchtafweergeschut te ontwijken, en liet de wapens vallen, verpakt in
grote, wormvormige containers. Bij de ontvangst waren steeds ongeveer
veertig mannen betrokken van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten
(NBS), het verzetsleger dat moest helpen bij de bevrijding van
Friesland. Het vervoer ging meestal per schip verder, schrijft
Veeninga, de containers lieten ze naar de bodem van de vaart zakken.
Mogelijk zijn de wapens dus op deze manier in Jannum gekomen, uit
Aalsum en over de Ee.
Heeft u een verhaal?
Heeft u een verhaal over Jannum dat u kwijt wilt op deze site, ook in
het Fries als u wilt? Stuur een
mailtje
naar Yvonne.